Historie
 
 
 

 

 Villa Arnhorst door de jaren heen, 1912 - 2011

Vermoedelijk was het terrein waar Villa De Arnhorst gebouwd werd bouwland en eigendom van de familie Honig van een van de Villa’s gelegen aan de Zutphensestraatweg. De bouwaanvraag dateert van oktober 1912. De Villa is gebouwd in opdracht van Jonkheer Herman Marinus Van der Wyck en ontworpen door architect De Groot uit Hilversum.

 

De Villa is gebouwd met een onregelmatige, rechthoekige plattegrond bestaande uit twee bouwlagen, twee zolders en een kelder. De voormalige hoofdingang met tochtportaal gaf toegang tot de centraal gelegen hal. Rondom de hal lagen de voormalige eet-, woon- en recreatiekamer, de keuken en de trappartij. Het traditionalistische ontwerp kan worden gerekend tot de stijl die ook wel een echo van de neorenaissance kan worden gezien. Maar de bekroning van de dakkapellen, en zeker die van de mansarde kap met zijn holle onderste vlakken en zijn bekronende schoorstenen, hebben een 18de-eeuwse architectuur.


De Villa lag destijds officieel aan de Daalhuizerweg. De naamgeving Arnhorst heeft te maken met de voorvaderen van de Jonkheer. Een van de Duitse voorvaderen van de jonkheer draagt de naam zum Arnhorst. Arnhorst kan betrekking hebben op arn (wapenschild of arend) en horst (nest of verhoogde woonplaats). Jonkheer van der Wyck woonde hier van 1914 tot en met 1932 met mevrouw Maria Zillissen. De jonkheer werd geboren op 26 mei 1843 te Jakarta, Jawa Barat, Indonesië.  In Den Haag woonden zij aan de Bezuidenhout 64. Hij was vanaf zijn 15e al bij de marine en na sloot zijn lange marinecarrière af als minister van Marine, van 1894 tot 1897, tijdens het kabinet van Houten. Zijn huwelijk bleef kinderloos.


Van de periode vanaf 1932 tot 1940 is niet bekend wie er in de Villa woonachtig was. Vanaf 1940 is de villa in eigendom van de heer Dr. Folkert E. Posthuma. De heer Posthuma was een Nederlands landbouwkundige, minister en naziecollaborateur, die daarom in 1943 door het verzet werd vermoord.

 

In 1943 wordt de villa verkocht aan de heer Eduard J.H. de Graaf. Deze had samen met zijn echtgenote, Inge Joosse, een weverij. Voluit heette die weverij De Eerste Arnhemsche Handweverij Inge Joosse en kort de E.A.H. De weverij werd opgericht in Arnhem in 1934 door Inge Joosse. Het gezin woonde hier met drie kinderen boven de weverij op de begaande grond in de Arnhorst. Tijdens de oorlogsjaren werd het pand in ieder geval vanaf 1944 gevorderd door de Duitsers.

Het gezin De Graaf kwam toen terecht in het pand hoek Rozendaalselaan-Jan Luijkenlaan. Na de oorlog zetelde in de zwaar beschadigde Arnhorst het bureau voor de aanmelding van oorlogsvrijwilligers (in het jargon ‘OVW-ers’), van de 7 december Divisie. Na de oorlog keerde het gezin terug in de Arnhorst.

 

Toen de OVW-ers weg waren kwam de verbouwing, ca. 1948, uitgevoerd door de gebroeders Boks uit Velp. Deze verbouwing was ingrijpend. Tot begin jaren 50 draaide de weverij door in de Arnhorst, In 1956 verliet het gezin de Graaf de Arnhorst.

Vervolgens is er na een grondige verbouwing in 1956, sinds 1957 de lagere school de Dillenburg gevestigd.

 

Na een fusie, in 1993 met basisschool De Nassauschool, destijds aan de Oranjestraat 36 te Velp gevestigd, gingen beide scholen verder onder de naam De Arnhorst. Op 1 mei 1996 werd De Arnhorst onderdeel van De vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs (VPCBO) Rheden.


Om aan de moderne eisen van goed onderwijs te voldoen en tegemoet te komen aan de wensen van een groeiende school is de school gerenoveerd en uitgebreid.  Het dak werd gerenoveerd, er kwam nieuw sanitair en de bestaande uitbouw werd gesloopt om plaats te maken voor een nieuwbouw. De school kreeg hierdoor acht volwaardige lokalen, een nieuw speellokaal en ruimte voor de peuterspeelzaal cq. BSO. Tijdens de verbouwing gingen de lesactiviteiten gewoon door. Op 7 januari 2011 werd de vernieuwde school geopend.